Let op nepbrief Autoriteit Persoonsgegevens

Ondernemers moeten oppassen voor een bericht van de ‘Autoriteit Persoonsgegevens’.

De officiële toezichthouder, die waakt over de privacy, waarschuwt voor profiteurs die kwalijke nepbrieven versturen. Daarin schermen zij met een bedrijfsbezoek door de privacy waakhond, intimideren ze met mogelijk hoge boetes en bieden ze tegen veel geld waardeloze papieren aan.

De Autoriteit Persoonsgegevens benadrukt dat echte correspondentie van de organisatie altijd op briefpapier is gedrukt. Het is dus geen gekopieerd velletje. Een echte brief is verder opgesteld in foutloos Nederlands en bevat altijd de naam en het telefoonnummer van een contactpersoon. Bedrijven wordt aangeraden om bij twijfel over de echtheid van een brief contact op te nemen met de toezichthouder.

Graag brengen we u op de hoogte van de laatste Cao ontwikkelingen. 

Stand van zaken invoering Persoonlijk Ontwikkelingsbudget (POB)
In de nieuwe Cao voor het Levensmiddelenbedrijf is bepaald dat medewerkers met een arbeidscontract van meer dan 12 uur per week, sinds 1 januari 2018 recht hebben op een POB van € 175 op jaarbasis (periodieke opbouw per maand of loonperiode).  

Wij hebben u eerder medegedeeld dat het bedrag gestort zou moeten worden op een individuele leerrekening van de werknemer. Die storting zou dan vrij zijn van inhouding loonbelasting, en het beschikbaar gestelde budget kan uitsluitend worden besteed aan scholing en ontwikkeling volgens de vrijstellingscriteria van de loon¬belasting.

Wij hebben u vervolgens medegedeeld dat er vragen zijn gerezen over de fiscale behandeling van het POB. Daarom zijn de werkgeversorganisaties én de werknemers-organisaties opnieuw in overleg met de Belastingdienst gegaan. De fiscale problemen rond de invoering van de supermarktleerrekening zijn nog niet opgelost. Hiervoor is een wetswijziging nodig die niet op korte termijn te verwachten valt.

Derhalve heeft overleg plaatsgevonden op het Ministerie van SZW met het Ministerie van Financiën, en is het mogelijk dat de werkgevers in de Cao voor het Levens¬middelen-bedrijf mee kunnen gaan doen met een pilot die wordt opgezet vanuit de twee ministeries die bij de invoering van een individuele leerrekening betrokken zijn.

Uitgangspunt voor invoering van een POB is de volgende marsroute:
1. Met CNV Vakmensen wordt gewerkt aan een aanpassing van de Cao tekst die voldoet aan de criteria die de Belastingdienst stelt aan een individuele leerrekening. De nieuwe tekst moet zo dicht mogelijk aansluiten op de oorspronkelijke afspraak, omdat de individuele leerrekening in de Cao een uitwerking is van de vernieuwingsagenda. Belangrijk is te weten dat het geld in de nieuwe situatie NIET gestort wordt op een aparte leerrekening. Het geld moet wel gereserveerd worden op uw balans 2018!
2.Medewerkers die in 2018 recht hadden op een POB blijven dit recht houden en in 2019 komt daar het volgende bedrag bij. Medewerkers die tussentijds vertrekken hebben geen recht om het mee te nemen.
3.Pas in 2019 kan daadwerkelijk gebruik gemaakt worden van de opgebouwde rechten.
4.Voor de gezamenlijke werkgevers zoekt het Vakcentrum in overleg met het grootwinkelbedrijf een gemeenschappelijke provider, omdat schaalvoordelen tot lagere kosten van providers voor de leden kan leiden.
5.Via deze provider kunnen de medewerkers dan de cursussen inkopen.

Wij zullen u van de verdere voortgang op de hoogte blijven houden. 

Pensioenpremie en opbouw 2019
Op 6 december 2018 hebben CNV Vakmensen, FNV Handel, Vakcentrum en VGL als sociale partners, betrokken bij de pensioenregeling voor het levensmiddelenbedrijf, overleg gehad. 

Sociale partners hebben het bestuur van BPFL verzocht om een premiedekkingsgraad van 85% als uitgangspunt te nemen bij de besluitvorming over de pensioenregeling 2019 door een aantal maatregelen te nemen, te weten: 

•in het kalenderjaar 2019 de franchise gelijk te houden aan die van 2018 (€ 15.035);
•de pensioenpremie in 2019 vast te stellen op 20,6% van de pensioengrondslag ofwel 10,6% van de loonsom;
•het opbouwpercentage van het ouderdomspensioen in 2019 vast te stellen op 1,768%.
Dit heeft gevolgen voor het partnerpensioen dat 1,313% wordt in 2019. 
Het bestuur van BPFL heeft dit akkoord overgenomen in haar vergadering van maandag
10 december 2018.

Stand van zaken reparatie 3e jaar WW
In het kader van de uitvoering van de afspraak om het 3e jaar WW te repareren heeft het Vakcentrum aangegeven zich in te zullen spannen om uitvoering van de premie-inning te laten verlopen via dezelfde uitvoerder als BPFL en SF, namelijk AZL. Hierdoor worden administratieve lasten verminderd en is controle op naleving in het kader van een AVV eenvoudiger en goedkoper.

Ook hierover worden in januari nog nadere afspraken gemaakt, omdat CNV Vakmensen aansluiting bij de SPAWW prefereert. De premie komt voor rekening van de werknemers.
De afronding van het aansluitproces vindt dus niet eerder dan in 2019 plaats. 

Wet Arbeidsmarkt in Balans past niet op winkelwerk
De Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB) maakt flexibel en tijdelijk werk duurder. Ook wordt de inzet van oproepkrachten drastisch beperkt. Daarmee is de wet onwerkbaar voor zowel de werkgevers als de werknemers in de detailhandel, zo stelt het Vakcentrum. Met een groot aantal andere branche- en koepelorganisaties wordt vanaf vandaag actie gevoerd tegen het wetsvoorstel.

Detailhandel, horeca, recreatie, loonwerkers, land- en tuinbouw en evenementenbeveiliging overhandigen vanmiddag samen in Den Haag een manifest met hun zorgen aan de vaste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het is het startsein voor een social media campagne, waarmee zij duidelijk willen maken wat de gevolgen zijn als tijdelijk werk duurder en lastiger te organiseren wordt.

In het gezamenlijke manifest vragen de ondernemers en hun organisaties de politiek om tijdelijk werk serieus te nemen en de WAB aan te passen: geen hoge WW-premie en transitievergoeding voor seizoenswerk, medewerkers die pieken opvangen en scholieren en studenten én behoud van flexibiliteit rond oproepcontracten.

Probleem oplossen dat niet bestaat
Een van de ondernemers die in de campagne aan het woord komt is Vakcentrumlid Harold van Velzen (Plus van Velzen, Lopik). De 77 parttime- en oproepkrachten die supermarktondernemer Harold van Velzen in dienst heeft, willen niet elke week hetzelfde aantal uren draaien, zegt hij. “Scholieren en studenten willen meer werken in vakanties, terwijl de moeders die hier werken dan juist thuis willen zijn voor de kinderen. We hebben nu de vrijheid om dat goed te plannen en daar komen we altijd uit. De WAB wil met het ingrijpen in oproepcontracten een probleem oplossen dat niet bestaat.”

Flexibiliteit noodzaak voor werkgever en werknemer
Vakcentrum-directeur Patricia Hoogstraaten geeft aan dat flexibiliteit niet alleen van groot belang is voor de ondernemer maar ook voor veel medewerkers.  “Het werken in een winkel is voor veel medewerkers een erbij-baan. Dus naast de studie of naast de zorg voor het gezin. In de cao hebben we juist voor deze groep goede regelingen getroffen die medewerkers willen flexibel kunnen zijn in hun uren. En dat geldt ook voor de werkgever. Juist in de detailhandel is flexibiliteit noodzakelijk. Er zijn te veel factoren die invloed hebben op de drukte in de winkel. De WAB stelt dat roosterwijzigingen vier dagen vooraf bekend zouden moeten zijn, anders moeten geplande uren gewoon betaald worden. Dat is niet reëel in de detailhandel”.

“De voorgestelde maatregelen leiden ook tot een flinke verhoging van de loonkosten.
De loonkosten van een supermarkt stijgen als gevolg van de voorgestelde maatregelen (de hogere ww-premie) met zo’n 3,5%. Dat gaat de consument dus ook merken.”

Bron: Vakcentrum